Stap 2 van 6

De verhuizing uit Iran

Een schilderij dat Fardin maakte nadat ze naar hun appartement in Leiden waren verhuisd - Foto Chi-ching Lam

Een schilderij dat Fardin maakte nadat ze naar hun appartement in Leiden waren verhuisd - Foto Chi-ching Lam

Een kunstwerk gemaakt door Fardin hangt tussen de schilderijen. Een aanzicht van het centrale plein in Sanadaj, waar hij ooit woonde. Het herinnert ze aan hun families, woonplekken en hun thuisland.

Wanneer Haide spreekt over haar verleden, is het eerste wat ze noemt ‘familie’. Ze heeft 21 jaar van haar leven achtergelaten in Iran. Familie was en is het belangrijkste voor haar; haar moeder, vader, zussen, broers, en haar nu negen jaar oude dochter Edrina heeft ze achter moeten laten toen ze Iran ontvluchtte. Door haar politieke en feministische activisme riskeerde ze gevangenschap als ze door de Iraanse autoriteiten opgepakt zou worden. Haide wordt gekweld door het feit dat ze haar dochter niet heeft gezien sinds Edrina acht maanden oud was. Natuurlijk hebben ze contact door te videobellen, maar door de lange afstand voelt hun band als moeder en dochter verdraaid.

De reis van Haide en Fardin begint in Irak, het eerste land waar ze asiel zochten. Daar ontmoetten zij elkaar. Hun volgende stop was Turkije, waar elke vluchteling dezelfde beproeving moet doorstaan: de zee naar Griekenland oversteken. Volwassenen, tieners, kinderen en baby’s, in totaal vijftig mensen reisden naar Griekenland op opblaasboten. In deze fase van de reis was de dood dichterbij dan ooit. Haide vertelt dat ze aangeslagen was door de andere boten die in de golven verdwenen, maar niet bang, en dat ze ‘100% zeker wist dat ze Europa zouden bereiken’. Het enige waar ze aan dacht was de dollars die ze aan de binnenkant van haar broek had getaped. Dat geld zou ze nodig hebben om de mensensmokkelaars in Griekenland te betalen. Aan het eind van de boottocht was alles drijfnat - behalve het geld.

Daarna was het ‘de ene stop na de andere’, zoals Haide het beschrijft. Overheidsautoriteiten adviseerden ze Griekenland te verlaten en naar elk ander Europees land te reizen. Het advies was de bus, een lift of een trein te nemen of simpelweg te lopen. En dat was hoe Haide en Fardin uiteindelijk aankwamen in Oostenrijk, waar ze in groepen werden opgedeeld en naar Duitsland gebracht werden. Dat was voor hen de ‘laatste halte’, vanaf hier konden ze zelf beslissen in Duitsland te blijven of in een ander land asiel te zoeken.

‘Nu wil ik je een grappig verhaal vertellen’, zegt Haide tegen me. Toen Haide en Fardin in Berlijn aankwamen, hadden ze slechts vijftien euro op zak. Toevallig kwamen ze een Koerdisch restaurant tegen. Daar kregen ze eten, een slaapplaats, en een telefoon om vrienden te contacteren. Haide belde een familievriend in Keulen, die een vriend stuurde om eten en treintickets naar Nederland voor hen te kopen. Zoals Haide het beschrijft was het een moeilijke en vermoeiende nacht voor ze, nadat ze waren aangekomen in een vreemd land zonder geld, een verblijfplaats en begrip van de taal.